Happen naar lucht
Stijn werd na die zomer steeds kwetsbaarder. Op een nacht in februari gingen de alarmbellen af. Toen Marieke en Herwin bij zijn bedje kwamen, zagen ze het meteen: Stijn lag te happen naar adem, zijn lijfje moe en gespannen. Ze belden direct de kinderthuiszorg én 112. “Ze waren er heel snel. En toen kwamen we weer op dat punt: ziekenhuis of thuis? Maar alles wat ze daar hadden, hadden we al in huis. Dus we bleven,” vertelt Marieke.
De huisarts vermoedde een longontsteking. Vanaf dat moment was comfort het belangrijkste. Met morfine en dormicum hielden ze Stijn zo rustig mogelijk. Marieke: “We waren continu bij hem. Ik ben alleen nog even op pad geweest om een truitje voor hem te kopen. Iets moois dat ik hem kon aantrekken als hij zou overlijden.”
Zijn laatste momenten
Vier dagen later lagen Marieke en Herwin net in bed, toen de kinderthuiszorg binnenkwam: “Ik denk echt dat het vannacht gaat gebeuren. Jullie kunnen er beter bij blijven.” Ze besloten Stijn dicht bij zich te houden. Marieke: “Herwin haalde een matras van boven, en ik ben met Stijn gaan liggen. We hadden hem al zo lang niet zo vastgehouden, maar nu mocht het en kon het.” Op een gegeven moment voelde Marieke dat ze Stijn moest gaan loslaten. Langzaam werd zijn ademhaling dieper. Tot het stil werd.
Marieke: “De wereld ging door, terwijl die van ons stilstond. Na een kwartier hoorden we de eerste auto’s rijden. Dat was zo gek. Het moest gewoon even stil blijven, het was gewoon te erg wat er net was gebeurd.”
Stijn werd gewassen en kreeg het truitje aan dat Marieke had uitgezocht. “Hij was zó mooi. Alsof hij van porselein was,” zegt ze. Herwin hield hem op schoot, iets dat ook al zo lang niet meer had gekund. Ook de opa’s en oma’s mochten Stijn vasthouden. “Ze hadden hem in geen maanden meer echt vastgehouden. Dat was een heel intens en tegelijk heel mooi moment.”